Boeuf Bourguignon

Ingrediƫnten

2 maal 350 gr magere runderlapjes (of sukadelapjes)
1 ui
12 kleine uien (of sjalotjes)
1 winterwortel
1 doosje champignons petits (175 g)
2 eetlepels olie
30 g roomboter
zout en versgemalen peper
125 g magere spekblokjes

1 teentje knoflook
1 eetlepel bloem
3 dl volle rode wijn (Bourgogne)
1/2 pot vleesfond (a 380 ml)
1 eetlepel cognac of vieux (slijter)
1 takje tijm
5 takjes peterselie
1 laurierblad
mespunt suiker

Voorbereiden
Vlees in dobbelstenen snijden. Ui pellen en grof snipperen. Uitjes pellen. Wortel schoonmaken en in blokjes snijden. Champignons schoonvegen met keukenpapier. In braadpan olie en helft van boter verhitten. Vlees in gedeelten op hoog vuur bruin bakken. Bestrooien met zout en peper en met schuimspaan uit pan scheppen. In braadvet spekblokjes ca. 5 minuten uitbakken. Met schuimspaan uit pan scheppen. Kleine uitjes in bakvet lichtbruin bakken en uit pan scheppen. Uisnippers en wortel ca. 5 minuten zachtjes bakken zonder te kleuren. Knoflook pellen en erboven uitpersen. Bloem erdoor roeren en ca. 1 minuut zachtjes meebakken; niet donker laten worden. Wijn met scheutjes tegelijk toevoegen en erdoor roeren. Toevoegen: fond, cognac, tijm, 3 takjes peterselie en laurierblad. Aan de kook brengen en vlees terugdoen in pan. Vlees afgedekt in ca. 2 1/2 uur op heel laag vuur gaar sudderen; af en toe roeren.

Bereiden
Rest van boter verhitten en champignons rondom bruin bakken. Bestrooien met (weinig) zout en peper. Tijm, peterselie en laurier uit gestoofd vlees verwijderen. Uitjes, champignons en spek erdoor roeren. Nog ca. 15 minuten zachtjes laten sudderen. Stoofpot op smaak brengen met zout, peper en suiker. Kort voor opdienen rest van takjes peterselie erboven fijn knippen. Lekker met gekookte aardappels en blokjes gebakken brood.